Fluent Fiction - Dutch:
Tulip Market Triumph: Cycling through Amsterdam's Colorful Chaos Find the full episode transcript, vocabulary words, and more:
fluentfiction.org/tulip-market-triumph-cycling-through-amsterdams-colorful-chaos Story Transcript:
Nl: Pieter en Anna waren in Amsterdam.
En: Pieter and Anna were in Amsterdam.
Nl: Dit is een grote stad met heel veel mensen.
En: This is a big city with a lot of people.
Nl: Ze hadden daar een plan.
En: They had a plan there.
Nl: Fietsen door een tulpenmarkt, dat was het plan.
En: Cycling through a tulip market, that was the plan.
Nl: De tulpenmarkt was heel mooi.
En: The tulip market was very beautiful.
Nl: Het lag aan de kant van een grote gracht.
En: It was located on the side of a large canal.
Nl: Veel tulpen waren er, rood, geel, paars.
En: Many tulips were there, red, yellow, purple.
Nl: Door de kleuren voelden Pieter en Anna zich blij.
En: The colors made Pieter and Anna feel happy.
Nl: Maar er was een probleem.
En: But there was a problem.
Nl: Het was heel druk op de markt.
En: It was very crowded at the market.
Nl: Veel mensen waren tulpen aan het kopen.
En: Many people were buying tulips.
Nl: Hoe konden ze daar nu fietsen?
En: How could they cycle there?
Nl: Pieter keek naar Anna.
En: Pieter looked at Anna.
Nl: Anna keek terug naar Pieter.
En: Anna looked back at Pieter.
Nl: Hij had een idee.
En: He had an idea.
Nl: "We wachten tot het rustiger is" zei Pieter.
En: "We'll wait until it calms down," Pieter said.
Nl: Anna vond dit een goed plan.
En: Anna thought this was a good plan.
Nl: Samen gingen ze zitten op een bankje bij de gracht, kijkend naar de vele mensen.
En: Together they sat on a bench by the canal, watching the many people.
Nl: Ze aten een broodje en dronken een drankje.
En: They ate a sandwich and drank a drink.
Nl: Het zonnetje scheen mooi op de tulpen.
En: The sun shone beautifully on the tulips.
Nl: Uren verstreken en de mensen begonnen minder te worden.
En: Hours passed and the crowd began to thin.
Nl: De markt was nu rustiger.
En: The market was now calmer.
Nl: De tulpen waren er nog steeds, hun kleuren nog steeds even mooi.
En: The tulips were still there, their colors still just as beautiful.
Nl: Pieter en Anna keken elkaar aan.
En: Pieter and Anna looked at each other.
Nl: Het was tijd.
En: It was time.
Nl: Ze stapten op hun fietsen, klaar voor de rit.
En: They got on their bikes, ready for the ride.
Nl: Ze reden weg, door de tulpenmarkt.
En: They rode away, through the tulip market.
Nl: Langzaam eerst, toen sneller.
En: Slowly at first, then faster.
Nl: Ze lachten en riepen.
En: They laughed and shouted.
Nl: Ze zwaaiden naar de mensen om hen heen.
En: They waved to the people around them.
Nl: De tulpen draaiden als een kleurige draaikolk om hen heen als ze voorbij fietsten.
En: The tulips whirled around them like a colorful whirlpool as they cycled past.
Nl: De mensen op de markt stoppen even om te kijken en te lachen.
En: The people at the market stopped to look and laugh.
Nl: Ze klapten hun handen en juichten de twee toe.
En: They clapped their hands and cheered the two on.
Nl: Toen ze eindelijk aan het einde van de markt kwamen, waren Pieter en Anna buiten adem maar blij.
En: When they finally reached the end of the market, Pieter and Anna were out of breath but happy.
Nl: Ze hadden gedaan wat ze wilden doen.
En: They had done what they wanted to do.
Nl: Ze waren door de drukke tulpenmarkt gefietst, en ze hadden ervan genoten.
En: They had cycled through the busy tulip market, and they had enjoyed it.
Nl: Ze gaven elkaar een high-five en keken blij om zich heen.
En: They high-fived each other and looked around happily.
Nl: Na vandaag zouden ze altijd goede herinneringen hebben aan deze mooie, kleurrijke dag in Amsterdam.
En: After today, they would always have good memories of this beautiful, colorful day in Amsterdam.
Nl: Zo, het plan van Pieter en Anna was gelukt.
En: So, Pieter and Anna's plan had succeeded.
Nl: Ze hadden door de tulpenmarkt gefietst.
En: They had cycled through the tulip market.
Nl: En Amsterdam?
En: And Amsterdam?
Nl: Amsterdam was zoals altijd, mooi en druk.
En: Amsterdam was as always, beautiful and bustling.
Nl: Met een glimlach op hun gezicht, fietsten ze verder, de zon tegemoet.
En: With a smile on their faces, they cycled on, towards the sun.
Nl: Ze hadden een nieuwe ervaring in hun hart: ze hadden overwonnen.
En: They had a new experience in their hearts: they had conquered.
Nl: Ze hadden een uitdaging aangegaan en gewonnen.
En: They had taken on a challenge and won.
Nl: Samen hadden ze gedaan wat ze wilden doen.
En: Together they had done what they wanted to do.
Nl: En dat maakte deze dag in Amsterdam zo heel speciaal voor hen.
En: And that made this day in Amsterdam so very special for them.
Vocabulary Words:
- Pieter: Pieter
- Anna: Anna
- Amsterdam: Amsterdam
- city: stad
- people: mensen
- plan: plan
- cycling: fietsen
- tulip market: tulpenmarkt
- beautiful: mooi
- canal: gracht
- tulips: tulpen
- red: rood
- yellow: geel
- purple: paars
- colors: kleuren
- happy: blij
- crowded: druk
- problem: probleem
- wait: wachten
- bench: bankje
- sandwich: broodje
- drink: drankje
- sun: zon
- hours: uren
- laughed: lachten
- shouted: riepen
- wave: zwaaien
- whirled: draaiden
- challenge: uitdaging